Een avondje op een terras

Er was eens: een strandtent… Deze strandtent staat op een geweldig leuke locatie. Het was, en is, er altijd druk. Zo met het zand tussen je tenen even een ijsje halen, of rozig van de dag en geen zin om te koken, een mooie plek om ‘s avonds wat te eten. Het ondergaande zonnetje erbij, heerlijk! Enorme potentie ook. Potentie? Waarom zeg ik dat?

Nou…. omdat het daar allemaal best een beetje beter kan (lees voorgaand zinnetje met een kleine pauze tussen de woorden).

Ik ben er een keer of vier geweest. En eigenlijk laat ik het daar nu maar bij. De eerste keer omdat het net nieuw was, de tweede keer omdat een vriendin er wat wilde drinken en lunchen. De lunch had een hoog “ikwilwelmaarikweeteingelijknietzogoedhoehetmoet”-gehalte. Het was allemaal niet in verhouding, maar enfin, smaken verschillen, ik zei er verder niks van.

De derde en vierde keer was binnen een week. Lunch met mijn broer en mijn zoontje. We wilden eigenlijk ergens anders naartoe, maar er was geen parkeergelegenheid, dus op naar het strand. We zochten een plekje, waarbij dat momentje er weer is dat je om je heen kijkt of je personeel ziet dat je verwelkomt en je een plekje wijst, maar dat gebeurde niet, dus vonden zelf een rond tafeltje. Het oogde wat klein, maar goed. Er liep één jongedame voor het hele terras. Het duurde daarom ook best even voor ze bij ons kwam en we een bestelling door konden geven. Helemaal geen punt, wij zagen wel wat er aan de hand was en hadden geduld. Toen onze bestelling kwam moesten er drie borden op de tafel worden gezet. Plantje aan de kant, schuiven, beetje verzitten, maar wat er ook geprobeerd werd, het paste amper op het tafeltje. De borden waren hartstikke groot en onhandig, dus na enig gejongleer hadden we een manier gevonden. Niet ideaal, maar we deden het er maar mee.

Dan komt er zo’n moment dat je nog wat te drinken wilt bestellen. Je probeert de bediening te vinden. Je kijkt om je heen, je draait je om op je stoel, maar vindt niemand. Zucht. Het duurt en het duurt maar en herhaalt dezelfde actie nog maar eens… En ja, gespot! De dame stond met een glas drinken aan de bar. Te pauzeren? Geen idee. Ik zou dat niet op een plek doen waar een terras met veel wachtend publiek mij in volle glorie kon zien.

Toen ze klaar was ging ze weer naar buiten, druk bezig met haar handheld. Ze keek niet op of om en startte bij het tafeltje op de hoek. Nadat ze die had gehad liep ze naar het tafeltje ernaast. Ik heb het geobserveerd. Die mensen maakten geen roepende bewegingen. Toen ze daar klaar was liep ze naar het tafeltje daar weer naast. Zonder op te kijken naar de rest van het terras en immer druk bezig met die handheld. Ons geduld werd op de proef gesteld, want ze liep daarna naar binnen. Zucht. “Ja, schat je krijgt zo een appelsap, echt”. Ik zei tegen mijn broer: “Als ze zo weer tevoorschijn komt gaan we gewoon driftig met onze armen zwaaien, oké?” Zo gezegd, zo gedaan. De dame verscheen weer buiten, om weer niet op of om te kijken, naar een tafel te lopen die de volgende in de rij was volgens haar en liet ons gefrustreerd pogingen doen om haar aandacht te trekken. Het werd een beetje belachelijk. Wat mensen om ons heen waren ondertussen aan het schuiven op hun stoel en begripvolle blikken werden uitgewisseld. Toen EINDELIJK! Het was gelukt. “Mogen wij nog iets bestellen?” (Dat is eigenlijk een hele rare vraag, waarom zou je niets meer mogen bestellen??)

Het was vervelend. Je zou kunnen zeggen, het meisje kan er niets aan doen, ze stond alleen, dan moet je dus bij die eigenaar zijn. Dat kan, maar ze had blijkbaar ook geen kaas gegeten van bedienen. Oké, ja, je hebt gelijk… Dan moet je eigenlijk ook bij de eigenaar zijn. Die moet haar tenslotte opleiden, nietwaar?

Het toeval wilde dat ik met vriendinnen de volgende dag terug zou komen bij deze strandtent. Ik wilde nog vragen of we ergens anders konden gaan eten, maar ach. Zo erg als het vandaag was, zal het morgen vast en zeker niet zijn…… toch??

Toen we aankwamen en we constateerden dat het best heel druk was, waren we opgelucht dat we op voorhand een tafeltje hadden gereserveerd. Wéér was er niemand om ons te “verwelkomen” en de moed schonk mij al in de schoenen. Vriendin liep naar binnen om maar eens te vragen waar dat gereserveerde tafeltje was, maar die was er niet en “we mochten zelf een plekje uitzoeken”.  Heel aardig, maar er was nergens een plek die leuk was voor 3 personen, dus we gingen maar improviseren. We schoven onhandig heen en weer met stoelen en tafels en gingen met een zucht zitten.

Ik constateerde hetzelfde meisje als de dag ervoor, vertelde wat ik meegemaakt had en zei mijn vriendinnen dat ze zich daar mentaal op voor moesten bereiden. En dat was nodig, want mijn hemel, wat was het weer een chaos. Hetzelfde meisje verscheen aan onze tafel, geen begroeting (Goedenavond dames is toch niet zo heel moeilijk om te zeggen?) en de ogen weer volledig gericht op de handheld. We gaven aan wat we wilden drinken en eten en wilden graag een broodje vooraf. De drankjes werden door iemand anders gebracht, weer geen begroeting, maar enfin…. We wachtten ook geduldig op het broodje vooraf. Maar dat kwam niet. Na een kwartier nog niet. Na twintig minuten nog niet. We begonnen wat ongeduldig te schuiven en een van de vriendinnen werd narrig.  We probeerden de aandacht te krijgen van het meisje en dat lukte zowaar en meldden dat we het broodje nog niet hadden gehad. Zonder blikken of blozen zei ze dat ze dat even na ging vragen. Vijf minuten later kwam het broodje, of eigenlijk de broodjes, op een plank, en de zogenoemde tapenades in van die witte mayonaisecupjes. We keken elkaar aan, moesten lachen en doopten het plankje tot het “Oh, sh.t! Vergeten! Plankje”.

We wilden de aanval in gaan zetten, maar kwamen tot de conclusie dat er geen broodmesje bij  gegeven was. Het waren behoorlijk stevige broodjes, dus eerst probeerden we wat te scheuren met de handen. Dat werd em niet. Vervolgens, aan de slag met de messen uit het klaargelegde bestek. Met vereende krachten hebben we de broodjes kunnen verorberen. Jippie! De bodem was gelegd, nu op naar het hoofdgerecht. Terwijl we daarop wachtten was het weer zoeken naar iemand die ons nog een rondje drankjes kon brengen. Dat lukte, na enige inspanning. Het nieuwe rondje drankjes werd gebracht en hadden verwacht dat de tafel ook opgeruimd zou worden. Broodkruimels overal, lege glazen, maar nee, de drankjes werden er gewoon bij gezet. Hhmmmmm..

Ondertussen was er weer een behoorlijk lange tijd voorbij en we begonnen ons af te vragen waar het hoofdgerecht bleef. En net op het punt waarop een van de vriendinnen zei “Ik heb geen trek meer, zullen we het maar cancelen?” werd het eten gebracht.

En toen, zo ergens halverwege verscheen er een vriendelijke, stralende jongeman, met een glimlach op zijn gezicht en groette ons, vroeg of het allemaal naar wens was, maakte een kort praatje, ruimde de lege glazen netjes op en we vielen bijna van onze stoel. Wat een verschil!! “Die ga ik zometeen even wat vragen, zei ik”

Toen hij weer wat drankjes kwam brengen vroeg ik of hij even een momentje had voor wat vragen en dat kon wel even. Ik vroeg hem hoe hij bij deze strandtent terecht was gekomen. “Via het uitzendbureau.” “En hoe ging dat dan toen je binnenkwam?” “Nou, er was eigenlijk bijna niemand en er werd mij gevraagd of ik de bar kon draaien en ik zei dat ik dat kon, dus ik kon meteen gaan staan.” “Verder niets? Geen achtergronden, niet wat er op de kaart staat, hoe het reilen en zeilen en het type klanten wat hier komt en dat soort zaken?” “Nee, geen tijd.” “En hoe zit dat met je collega’s dan?” “Geen idee, ik ken ze niet, die komen volgens mij ook van een uitzendbureau.” “Verdelen jullie de fooien?” “Jazeker.” “En hoe vind je het dan dat jouw collega’s ervoor zorgen dat daar niet zoveel in komt?” Ik gaf wat voorbeelden van wat er tot dat moment gebeurd was. “Sja, dat is vreemd hè, je zou toch zeggen dat je mensen een leuke avond wilt bezorgen, daar draait het toch allemaal om in dit soort werk? Spiegelen aan de klant.” “Inderdaad, dat zou je zeggen en jij doet dat heel goed! Ga je verder in de horeca?” “Pfff, nee, echt niet! Dit ga ik echt niet mijn hele leven doen! Beetje bijverdienen en klaar, misschien eens op een festival staan, lekker sfeertje, maar verder niet, alsjeblieft zeg…”

We lieten de jongeman los, discussieerden nog wat over het feit dat de sector dan zo’n gozer zomaar laat lopen en gingen nog voor een toetje. De kaart kwam tevoorschijn en ik twijfelde wat, dus ik vroeg de, met haar handheld vergroeide, jongedame of de cheesecake zelfgemaakt was. “Geen idee eigenlijk.. “Heb je dan misschien iets met aardbeien?” “Dat weet ik ook niet. Ik kom van het uitzendbureau. Ik kan wel even in de koeling kijken.” Aardbeien in de koeling? Laat maar, dacht ik, en ik bestelde een dame blanche.

We rekenden af en omdat de jongeman de avond nog een positief tintje had gegeven, de rekening naar boven afgerond en liepen naar de auto, al mompelend…. zoveel potentie, zoveel kansen… zo jammer… volgende keer maar ergens anders naartoe, oké? Oké…

Mijn advies voor deze dienstverlener is: 

Hoe is het mogelijk dat personeel, al komt het via een uitzendbureau, niet goed op de hoogte wordt gesteld van het reilen en zeilen in deze strandtent?? Hoe kunnen die mensen jouw zaak dan goed vertegenwoordigen? Dat kan toch niet?? Hoeveel moeite is het om de kaart door te spreken met nieuw personeel. Maar ook aan de kant van nieuw personeel mag een klein beetje interesse getoond worden. Je komt ergens nieuw binnen en vráágt toch ook wat er is en hoe het werkt. Dan voorkom je dat je voor paal staat bij gasten. En alsjeblieft, alsjeblieft, GROETEN, OPLETTEN, GLIMLACHEN.

Het is niet moeilijk, echt niet!!

Met groet, uw gastvrijheidsstrijder, Hospitality Chick